Prestaties basisonderwijs

Prestaties basisonderwijs

De Drentse Onderwijsmonitor verzamelt al sinds een aantal jaren informatie over prestaties van kinderen op de basisscholen. Hiervoor leveren bijna alle Drentse basisscholen resultaten van toetsen van het leerlingenvolgsysteem aan. Hiermee krijgen we een mooi inzicht hoe de Drentse kinderen het doen op rekenen en taal. We kijken in dit onderdeel naar enkele van deze toetsprestaties. Ook kun je informatie krijgen over de beoordeling van de Drentse scholen door de Inspectie van het Onderwijs: de zogenaamde toezicht arrangementen voor zwakke en zeer zwakke scholen.

Taal en rekenen in het basisonderwijs

Met de Drentse Onderwijsmonitor volgen we al jaren de taal- en rekenprestaties van leerlingen. In de periode 2017 – 2020 zagen we in praktisch alle geanalyseerde groepen op Drents niveau een achteruitgang op de vakken begrijpend lezen, spelling, technisch lezen en rekenen/wiskunde.

Een vergelijking van de toetsresultaten van 2021 met die van voor de coronacrisis (2020) liet zien hoe het er na twee lockdowns en afstandsonderwijs voor stond. Gemiddeld genomen waren taal en reken scores in Drenthe in veel groepen stabiel gebleven. De groepen 7 en 8 scoorden echter lager op begrijpend lezen en technisch lezen. Ook de rekenprestaties vielen dit jaar voor groep 8 lager uit. Daarnaast constateerden we dat de gevolgen van schoolsluitingen voor taal en rekenprestaties meer zichtbaar waren op scholen met veel kwetsbare leerlingen (hoge schoolweging). Alleen groep 8 liet een omgekeerd beeld zien. De scores op de kernvakken waren op scholen met een lage schoolweging (minder kwetsbare kinderen) er meer op achteruit gegaan dan op scholen met een hoge schoolweging (veel kwetsbare kinderen).

In schooljaar 2021-2022 waren in het primair onderwijs geen schoolsluitingen als gevolg van corona.

In het kort

  • 92% van de Drentse basisscholen heeft gegevens aangeleverd voor de Drentse onderwijsmonitor.
  • Prestaties op kernvakken afgelopen vijf jaren gedaald.
  • Prestaties begrijpend lezen groepen 4 redelijk stabiel en net boven landelijk gemiddelde. Scores in overige groepen afgelopen jaren gedaald tot onder landelijk gemiddelde.
  • Dalende spellingsscores voor de groepen 6, 7 en 8. Groep 6 zakt daarmee onder de landelijke norm.
  • Prestaties op technisch lezen in de groepen 4, 6, 7 en 8 vertonen neerwaartse lijn. Groep 8 scores nog net op landelijk niveau, overige groepen scoren daaronder.
  • Alleen rekenprestaties groep 4 nog net boven landelijk gemiddelde. Groep 8 laat in afgelopen 5 jaren de grootste daling zien.
  • De scores op taal en rekenen verschillen behoorlijk wanneer de gemeentelijke gemiddelden worden vergeleken.

Prestaties op kernvakken in Drenthe afgelopen vijf jaren gedaald. Rekenprestaties en scores begrijpend lezen in groep 4 nog net boven landelijk gemiddelde. Overige groepen scoren daaronder.

In de visualisatie kan via de tabbladen gekozen worden voor de resultaten van de Drentse leerlingen op ‘begrijpend lezen’, ‘spelling’, ‘technisch lezen’ of ‘rekenen en wiskunde’.

In de figuren is telkens te zien welk percentage kinderen binnen elk niveau I tot en met V scoort, waarbij I het hoogste niveau is en V het laagste niveau. De I tot en met V is gebaseerd op de landelijke norm, zoals in het laatste balkje weergegeven:

niveau I:  20% hoogst scorende leerlingen

niveau II: 20% leerlingen met scores boven het landelijk gemiddelde

niveau III: 20% leerlingen met scores rond het landelijk gemiddelde

niveau IV: 20% leerlingen met scores onder het landelijk gemiddelde

niveau V: 20% laagst scorende leerlingen.

Dalende prestaties voor begrijpend lezen in groepen 6, 7 en 8 nog niet gekeerd. Scores onder landelijk gemiddelde. Scores groep 4 redelijk stabiel en rond landelijk gemiddelde.

Over de periode 2017-2022 zien we voor alle groepen de prestaties op begrijpend lezen afnemen tot onder het landelijk gemiddelde. Alleen groep 4 scoort net boven het landelijk gemiddelde. De scores van groep 4 zijn na een daling in 2018 en 2019 sindsdien stabiel gebleven. Zo heeft groep 4 op Drents niveau de afgelopen jaren rond de 40% van de leerlingen die goed zijn in begrijpend lezen. 30% tot 35% heeft daar juist veel moeite mee. Landelijk liggen de aandelen leerlingen die goed en minder goed in begrijpen lezen zijn elk op 40%. In groep 8 nam het aandeel IV en V scores (moeite met begrijpend lezen) in vijf jaren toe van 35% naar 48%. Het aandeel I en II scores (goed in begrijpend lezen) nam af van 46% naar 33%. Voor de groepen 6 en 7 zien we, hoewel iets minder extreem dan in groep 8, eveneens minder I en II scores en meer IV en V scores.

Om de leesvaardigheid van Drentse leerlingen te bevorderen zijn er allerlei initiatieven zoals het Drents Leesoffensief. Hierin bundelen alle Drentse bibliotheken hun krachten als aanjager van een sterke leescultuur. Daarvoor zetten zij in op kennisdeling en zoeken zij structurele samenwerking met onderwijs, ouders en gemeenten. Door nieuwe projecten rond leesbevordering te starten en door meer partijen aan te sluiten op de landelijke lijnen BoekStart en de Bibliotheek op school.

Behalve groep 4, spellingscores lager dan vijf jaar geleden, maar nog wel rond landelijk gemiddelde. Groep 6 scores onder landelijk gemiddelde gezakt.

Ook voor spelling zien we dat groep 4 de afgelopen jaren redelijk stabiel presteert. De groep 6 scores waren ook redelijk stabiel, maar laten voor 2022 een daling zien. De scores in groep 7 zijn lager dan vijf jaren geleden, maar sinds 2019 vrijwel stabiel. Groep 8 laat een duidelijk neerwaartse trend zien met dalende prestaties op spelling. Vooral tussen 2018 en 2022 kelderde de gemiddelde spellingsscore voor de provincie.

De groepen 4, 7 en 8 scoren nog wel rond of net boven het landelijk gemiddelde. Van de groep 8 leerlingen zit 47% op niveau I of II en 36% op niveau IV en V. De scores in groep 6 daalden in 2022 tot onder het landelijk gemiddelde.

Prestaties op technisch lezen in de groepen 4, 6, 7 en 8 vertonen neerwaartse lijn. Groep 8 scores nog net op landelijk niveau, overige groepen scoren daaronder.

In de periode 2017-2022 namen de prestaties op technisch lezen in alle groepen af. Behalve in groep 8 zijn de provinciale scores gedaald tot onder het landelijk gemiddelde. Hoewel groep 8 nog net op het landelijk gemiddelde scoort, namen de prestaties de afgelopen 5 jaren fors af. Zo behoorde in 2017 nog 67% tot de betere technische lezers, maar daalde dit aandeel tot 47% in 2022. Het aandeel dat moeite heeft met technisch lezen nam toe van 18% naar 33%.

Alleen rekenprestaties groep 4 nog net boven landelijk gemiddelde. Groep 8 laat in afgelopen 5 jaren de grootste daling zien.

In de jaren 2017-2021 bleef het rekenen en wiskunde niveau in de groepen 4, 6 en 7 redelijk stabiel. De groepen laten voor 2022 wel  een daling zien. De scores voor groep 8 laten over de afgelopen vijf jaren de grootste daling zien. Het aandeel goede rekenaars daalde van 46% in 2017 naar 37% in 2022. Het aandeel dat moeite heeft met rekenen steeg over deze periode juist van 33% naar 46%. Alleen groep 4 scoort nog net boven het landelijk gemiddelde. De rest scoort eronder. Zo zien we in 2022 dat van de Drentse groep 4 leerlingen 46% goed is in rekenen (was 50% in 2017) en 35% daar moeite mee heeft (was 31% in 2017). Behalve groep 4 scoren alle groepen onder het landelijk gemiddelde.

De verschillen per gemeente

Onderstaande visualisatie brengt voor alle Drentse gemeenten afzonderlijk de gestandaardiseerde toetsscores in beeld. In het eerste tabblad staan de scores van 2022. Het tweede tabblad laat de ontwikkeling in de tijd zien (zie de infobutton voor de uitleg over standaardscores).

Let op: het aantal toetsresultaten is lager dan voorgaande jaren. Alleen wanneer het aantal aangeleverde toetsresultaten (naar vak, schooljaar en schoolgemeente) 100 of hoger is, vermelden we de standaardscore per gemeente. Uitkomsten van individuele toetsen en mogelijke uitschieters drukken anders te zwaar op het geheel. Voor Midden-Drenthe ontbreken scores omdat een schoolbestuur is overgestapt op het IEP Leerlingvolgsysteem. Volgend jaar hopen we deze scores mee te kunnen nemen in de analyse.

Toetsresultaten naar schoolweging

Verschillende onderzoeken wijzen uit dat met het afstandsonderwijs tijdens de lockdowns als gevolg van corona de kansenongelijkheid is toegenomen (Oxford University, Leeruniek). Leerlingen uit laagopgeleide gezinnen en leerlingen op scholen met een hogere schoolweging (meer kwetsbare leerlingen) liepen meer achterstand op. Ook Trendbureau Drenthe trok deze conclusie na analyse van de toetsresultaten taal en rekenen van 2021 in de provincie Drenthe.

Hoe staan scholen met relatief veel en weinig kwetsbare leerlingen er nu voor? Hebben scholen met veel kwetsbare leerlingen het niveau van voor corona (2020) weer bereikt? En hoe scoren scholen met relatief weinig kwetsbare leerlingen? We vergelijken de standaardscores voor taal en rekenen van 2020 (voor corona) met die van 2021 en 2022 (na corona). Daarbij maken we onderscheid tussen  scholen met een lage en hoge schoolweging (ofwel weinig en veel kwetsbare leerlingen).

Gevolgen van schoolsluitingen voor taal en rekenprestaties meer zichtbaar op scholen met veel kwetsbare leerlingen (behalve in groep 8)

In de groepen 4 en 6 zien we voor scholen met een lage schoolweging een positievere tendens dan voor scholen met een hoge schoolweging. Zo zijn in 2022 de gemiddelde standaardscores op scholen met een lage schoolweging vergelijkbaar of hoger dan voor corona (2020). Voor scholen met een hoge schoolweging zien we voor begrijpend lezen en rekenen/wiskunde afgenomen standaardscores.

Groep 8 laat een heel ander beeld zien. Scholen met een hoge schoolweging zijn er vergeleken met het niveau van voor corona op vooruitgegaan of scoren vergelijkbaar. Scholen met een lage schoolweging scoren voor alle kernvakken in 2022 onder het niveau van voor corona (2020).

 Groep 4

De standaardscores op scholen met een hoge schoolweging zijn wat begrijpend lezen en rekenen/wiskunde betreft nog niet op het niveau van voor corona (meting 2020). Alleen voor spelling en technisch lezen zijn de scores van voor en na corona vergelijkbaar (2020 versus 2022).

De standaardscores voor begrijpend en technisch lezen zijn op scholen met een lage schoolweging in 2022 hoger dan voor corona. Voor rekenen/wiskunde en spelling zijn de scores vergelijkbaar met die van voor corona.

Groep 6

De standaardscores op scholen met een hoge schoolweging zijn voor begrijpend lezen en rekenen/wiskunde nog niet op het niveau van voor corona (2020). Voor spelling en technisch lezen zijn de standaardscores aardig vergelijkbaar met die van voor corona (2020).

Op scholen met een lage schoolweging zijn de scores voor bijna alle kernvakken vergelijkbaar met die van voor corona. Op rekenen/wiskunde zijn de standaardscores in 2022 zelfs hoger dan die van voor corona.

Groep 7

De standaardscores op scholen met een hoge schoolweging zijn wat begrijpend lezen en technisch lezen betreft nog niet op het niveau van voor corona (meting 2020). Voor rekenen/wiskunde en spelling lezen zijn de scores van voor en na corona vrijwel vergelijkbaar (2020 versus 2022).

De standaardscores voor rekenen/wiskunde en technisch lezen zijn op scholen met een lage schoolweging in 2022 lager dan voor corona. Voor begrijpend lezen en spelling zijn de scores vergelijkbaar met die van voor corona.

 Groep 8

De standaardscores op scholen met een hoge schoolweging zijn voor rekenen/wiskunde en spelling hoger dan die van voor corona (2020). Voor begrijpend lezen en technisch lezen zijn de standaardscores aardig vergelijkbaar met die van voor corona (2020).

Op scholen met een lage schoolweging zijn de scores voor alle kernvakken lager dan die van voor corona.

Jongens en meisjes en taal en rekenen

In 2019 verschenen de nieuwste uitkomsten van een internationaal vergelijkend onderzoek: TIMMS. TIMSS staat voor Trends in International Mathematics and Science Study. Evenals eerdere jaren, bleken jongens beter te presteren op rekenen en meer zelfvertrouwen te hebben in hun rekenvaardigheden dan meisjes.

Er wordt veel onderzoek gedaan naar verschillen tussen jongens en meisjes tijdens hun school- en beroepsloopbaan. Jongens en meisjes presteren op diverse fronten verschillend. Over de oorzaken hiervan lopen meningen uiteen. We bekijken hier of we verschillen kunnen zien in de scores op de toetsen voor taal en rekenen in het basisonderwijs.

In het kort

  • Jongens scoren in gemiddeld over alle groepen hoger op rekenen dan meisjes.
  • Meisjes scoren gemiddeld over alle groepen hoger op begrijpend lezen dan jongens.
  • Bij technisch lezen zijn er over het algemeen geen significante verschillen te zien tussen jongens en meisjes.
  • Bij spelling zien we als we alle groepen samen nemen betere prestaties bij de meisjes dan bij de jongens.

Jongens scoren hoger op rekenen, meisjes op begrijpend lezen

In de onderstaande visualisatie is telkens per vak te zien wat de scores voor jongens en meisjes zijn in de verschillende groepen. Vanwege de coronacrisis, zijn de middentoetsen bij sommige leerlingen later afgenomen en daardoor niet geregistreerd als middentoets. Het aantal toetsresultaten is dit jaar dan ook lager dan in voorgaande jaren. Daarnaast wordt in leerlingvolgsystemen steeds minder vaak geregistreerd of het een jongen of meisje betreft. Vanwege deze lagere aantallen in de verschillende groepen, vergelijken we de gemiddelde standaardscores per vak voor alle groepen samen en is de significantietoets dit jaar alleen uitgevoerd voor het totaal van alle groepen.

Als we kijken naar begrijpend lezen dan scoren meisjes gemiddeld over alle groepen (significant) hoger dan jongens. We zien, evenals het voorgaande jaar, dat jongens beneden de landelijke norm (score 50) zitten. Dit jaar scoren ook de meisjes iets onder de landelijke norm.

Bij rekenen zien we dat jongens het over het algemeen (significant) beter doen dan de meisjes. De meisjes scoren gemiddeld onder de landelijke norm.

Bij spelling is de gemiddelde score over alle groepen samen voor meisjes significant hoger dan voor jongens.

Bij technisch lezen zien we geen significant verschil tussen de scores van de jongens en de meisjes.

Referentieniveaus in groep 8

Voor verschillende momenten in de schoolloopbaan is vastgesteld wat leerlingen moeten kennen en kunnen. De niveaus waarop ze op een bepaald moment moeten voldoen worden fundamentele (F) niveaus genoemd. Daarnaast zijn er streefniveaus (S) voor leerlingen die meer aankunnen.

Met het maken van de eindtoets in groep 8 wordt duidelijk welk niveau een leerling heeft behaald voor taal en rekenen. Het streven is dat alle leerlingen de basisschool verlaten op het fundamentele niveau voor primair onderwijs (1F). Voor lees- en taalvaardigheid worden de volgende niveaus gehanteerd: <1F (dat wil zeggen het fundamentele niveau 1F niet behaald), 1F en 2F. Voor de rekenvaardigheden worden de volgende niveaus onderscheidden: <1F, 1F, 1S en 2F. Welk niveau voor taal en rekenen hebben Drentse basisschoolleerlingen in vergelijking met leerlingen in heel Nederland? En zien we verschillen per Drentse gemeente waar de school gevestigd is?

In het kort

  • 98% van de Drentse leerlingen behaalt minimaal het vereiste niveau voor leesvaardigheid. Drenthe doet hierin niet onder voor de rest van Nederland.
  • Het aandeel Drentse leerlingen dat minimaal het vereiste niveau op taalvaardigheid bereikt is 97% en daarmee gelijk aan het landelijke aandeel.
  • 93% van de Drentse leerlingen behaalt minimaal het vereiste niveau voor rekenen. Dit is ongeveer gelijk aan het landelijke percentage.
  • Sinds schooljaar 2015-2016 neemt het aandeel leerlingen dat bij leesvaardigheid en taal boven het vereiste 1F-niveau uitkomt toe.

Vrijwel alle Drentse leerlingen hebben aan het eind van de basisschool het vereiste fundamentele niveau voor leesvaardigheid behaald

In de visualisatie onder het tabblad ‘leesvaardigheid’ kun je zien dat de Drentse leerlingen in 98% van de gevallen minimaal het vereiste 1F niveau halen. Het vorige schooljaar was dit percentage hetzelfde. Het beeld in Drenthe is vergelijkbaar met het landelijke. Zowel in Drenthe als landelijk behaalt ongeveer 2% het vereiste niveau niet. Een aantal jaren geleden waren er relatief meer kinderen die het fundamentele niveau niet haalden. In 2015-2016 ging het nog om 5,5% en een jaar later ging het om 4%.

Vereiste fundamentele niveau taalvaardigheid steeds vaker behaald

97% van de Drentse jongeren behaalde in schooljaar 2018-2019 het minimaal vereiste niveau op taalvaardigheid. Vorig jaar was dit aandeel ongeveer hetzelfde. In 2015-2016 behaalde nog 6% het vereiste 1F niveau niet.

Bij rekenen wordt minder vaak boven het vereiste referentieniveau gescoord dan vorig jaar

Vergeleken met vorig jaar behalen evenveel Drentse leerlingen minimaal het vereiste niveau op rekenen. Net als landelijk scoort 93% op of boven het vereiste niveau. Wel behalen minder leerlingen een hoger (streef)niveau dan vorig jaar.

In 2015-2016 behaalde een fors aandeel van de Drentse leerlingen het fundamentele rekenniveau niet (16% behaalde < 1F niveau). Het ging hierbij niet om een typisch Drents verschijnsel, ook landelijk was het aandeel beneden niveau 1F hoog (13%). De Inspectie van het Onderwijs rapporteerde in ‘De staat van het onderwijs 2015-2016’ dat er een vermindering in de rekenvaardigheden van Nederlandse basisschoolleerlingen te zien was, waarbij Nederland zelfs daalde op de internationale lijst van rekenprestaties. Het jaar daarop zien we echter al een behoorlijke verbetering. Toch behaalt in 2021-2022 nog 8% het vereiste niveau niet.

De gemeenten vergeleken

In de visualisatie hieronder is per gemeente te zien welk deel van de leerlingen het vereiste niveau 1F niet haalt. Er kan gekozen worden voor het schooljaar en het vak waarvan de resultaten te zien zijn. Voor leesvaardigheid varieert het aandeel leerlingen dat het vereiste niveau niet haalt van 1% tot 3%. Een aantal jaren geleden waren de verschillen tussen gemeenten groter.

Voor taalvaardigheid zijn de verschillen tussen gemeenten iets groter. Coevorden heeft de meeste leerlingen die onder 1F-niveau van de basisschool komen.

Voor rekenvaardigheid zijn de verschillen tussen gemeenten het grootst. In 2015-2016 haalde in sommige gemeenten meer dan een kwart van de leerlingen het vereiste 1F-niveau niet. Nu liggen die aandelen een stuk lager.

Referentieniveaus naar schoolweging

Bij het maken van de eindtoets in groep 8 krijgt een leerling een schooladvies en wordt ook duidelijk welk niveau voor taal en rekenen is behaald. Het streven is dat alle kinderen aan het eind van de basisschool niveau 1F halen voor taal en rekenen. Hoeveel kinderen in Drenthe dat lukt, of niet, lees je in het onderdeel Referentieniveaus in groep 8.

Wat mag je van een school verwachten als het gaat om het taal- en rekenniveau van leerlingen? Vanaf schooljaar 2020-2021 beoordeelt de Inspectie van het Onderwijs scholen op referentiescores voor taal en rekenen (zie de handreiking referentieniveaus, PDF, 7 pagina’s). De Inspectie houdt bij haar beoordeling rekening met de achtergrond van de leerlingen. Van een school met een minder complexe leerlingenpopulatie wordt een hoger taal- en rekenniveau verwacht dan van een school met een complexe leerlingenpopulatie. Hoe complex de leerlingenpopulatie op een school is, wordt aangegeven met een schoolweging.

In het kort

  • Op 10% van de basisscholen in Drenthe halen te weinig leerlingen het streefniveau (1S/2F) voor taal en rekenen aan het eind van de basisschool. Het gaat om 24 scholen.
  • Op 55% van de Drentse basisscholen halen meer leerlingen het streefniveau (1S/2F) voor taal en rekenen dan gemiddeld in Nederland.
  • Op 2% van de basisscholen in Drenthe halen te weinig leerlingen het fundamentele 1F-niveau voor taal en rekenen. Het gaat om 5 scholen.

 

Schoolscores berekend aan de hand van rekenmethode Inspectie van het Onderwijs

In bovenstaande puntenwolk is voor alle basisscholen in Drenthe weergegeven wat hun schoolweging is (horizontale as) en het percentage leerlingen dat voor taal en rekenen een referentieniveau van minimaal 1F (de blauwe stippen) en minimaal 1S/2F (de rode stippen) haalt. De percentages leerlingen die referentieniveau 1F en 1S/2F halen zijn gemiddelden. De scores voor lees-, taal- en rekenvaardigheid zijn samengevat in één percentage. Dit percentage is berekend als gemiddelde over de schooljaren 2017-2018 en 2018-2019. Hierbij is de rekenmethode van de Inspectie van het Onderwijs gebruikt.

De Inspectie kijkt met ingang van 2020-2021 naar gemiddelde scores over drie jaren. Trendbureau Drenthe analyseerde de gegevens van twee schooljaren (2017-2018 en 2018-2019). Alleen scholen waarvan voor beide schooljaren gegevens bekend waren, zijn meegenomen in de analyse. Over schooljaar 2019-2020 zijn nog geen gegevens beschikbaar.

Er zijn grote verschillen tussen scholen met dezelfde schoolweging (deze scholen zijn vergelijkbaar). Ook zijn er scholen met een hogere schoolweging, die beter presteren dan scholen met een lagere schoolweging.

Van iedere school in Nederland wordt verwacht dat minimaal 85% van de leerlingen het taal- en rekenniveau 1F haalt (de dunne blauwe lijn). Dit is een ondergrens, ook wel signaleringswaarde genoemd, en zeker geen ambitieniveau.

Het percentage leerlingen dat op een hoger niveau zou moeten presteren (minimaal 1S voor rekenen en 2F voor taal- en leesvaardigheid), hangt af van de achtergrond van de leerlingen (de schoolweging). Hoe complexer de leerlingenpopulatie (hoe hoger de schoolweging) hoe lager de verwachting dat leerlingen het hogere 1S/2F-niveau halen. Zo moet op een school met schoolweging 20 ongeveer 67% van de leerlingen niveau 1S/2F halen. Voor een school met weging 39 is de lat minder hoog gelegd; circa 30% moet het hogere niveau bereiken. Deze signaleringswaarden zijn ook hier weer ondergrenzen en geen ambitieniveaus (de dunne rode lijn). Gemiddeld is op de Nederlandse basisscholen het aandeel leerlingen dat minimaal 1F haalt (de dikke blauwe lijn) of minimaal 1S/2F (de dikke rode lijn), hoger dan de gestelde ondergrenzen (signaleringswaarden).

10% van de Drentse scholen blijft onder de Inspectienorm: te weinig leerlingen halen streefniveau 1S/2F voor taal en rekenen

Op 5 scholen in Drenthe (2%) hebben te weinig leerlingen voldoende basisvaardigheden taal en rekenen geleerd (niveau 1F of hoger voor taal en rekenen). Ook weten niet alle scholen voldoende leerlingen op een iets hoger taal- en rekenniveau te brengen. Het gaat dan om 24 scholen (10%).

Als scholen op de referentiescores voor taal en rekenen niet aan de Inspectienorm voldoen, betekent dit niet dat deze scholen een eindoordeel ‘zeer zwak’ of ‘onvoldoende’ krijgen. Daar is meer voor nodig. De Inspectie kijkt bijvoorbeeld ook naar de kwaliteitszorg, schooladviezen, het niveau in het voortgezet onderwijs na drie jaar, de veiligheidsbeleving, hoe leerlingen zich voelen, verandering van schoolgrootte en financiën.

Er zijn wel verschillen per gemeente. Zo halen in Noordenveld alle scholen de gestelde norm voor het streefniveau voor taal en rekenen. In Borger-Odoorn haalt bijna één op de vijf scholen deze norm niet.

Iets meer dan de helft van de scholen weet evenveel of meer leerlingen dan gemiddeld naar het hogere streefniveau voor taal en rekenen te brengen

Iets meer dan de helft van de Drentse scholen (55%) steekt er met kop en schouders boven uit. Zij hebben meer leerlingen dan gemiddeld in Nederland die het hogere streefniveau (1S/2F) halen. Dit zijn de scholen die op of boven de dikke rode lijn te vinden zijn. Ook hier zien we grote verschillen per gemeente. In Midden-Drenthe scoort 89% van de scholen minimaal even hoog als het landelijk gemiddelde. In Noordenveld is dat 87%. De gemeenten Meppel (43%), Assen (44%) en Coevorden (48%) sluiten de rij. Minder dan de helft van de scholen uit deze gemeenten scoort op de landelijke norm of hoger.

Oordeel Inspectie van het Onderwijs

Scholen zijn zelf verantwoordelijk voor de kwaliteit van het onderwijs. De Inspectie van het Onderwijs houdt toezicht op de kwaliteit en de manier waarop er met verstrekte overheidsmiddelen wordt omgegaan. Vóór augustus 2017 werden de ‘toezicht arrangementen’ toegedeeld en kreeg een school het predicaat ‘basisarrangement’, ‘zwak’ of ‘zeer zwak’. Na deze datum is er een Vernieuwd Toezicht gekomen. Op basis van het nieuwe toezichtskader geeft de Inspectie het oordeel ‘voldoende’, ‘onvoldoende’ of ‘zeer zwak’. Naast deze oordelen kan de inspectie de waardering ‘goed’ geven.

Met het nieuwe waarderingskader brengt de Inspectie de kwaliteitszorg op bestuursniveau en de onderwijskwaliteit bij een selectie van scholen in kaart. De Inspectie vormt zich een oordeel door jaarlijks prestaties te analyseren op het gebied van kwaliteit en financiën. Hiervoor hoeven bestuur en scholen in principe zelf geen informatie aan te leveren. Daarnaast voert de Inspectie vierjaarlijks onderzoek uit waarbij zij besturen en een deel van de scholen bezoekt en beoordeelt. Alleen scholen die tijdens het vierjaarlijks onderzoek uitgebreid zijn onderzocht krijgen een eindoordeel voor de kwaliteit van het onderwijs. De scholen van het bestuur waarbij alleen enkele standaarden ter verificatie worden onderzocht en scholen die niet worden bezocht (en ook geen risico vormen), krijgen tijdens het vierjaarlijks onderzoek geen nieuw eindoordeel.

In het kort

  • Op peildatum 1 september 2022 zijn er drie scholen in Drenthe met het oordeel onvoldoende of zwak, in 2020 waren dat er 5.
  • De scholen met een onvoldoende liggen in Borger-Odoorn (cbs Rehoboth) en Assen (Maria in Campisschool en De Vuurvogel).
  • Er zijn op peildatum 1 september 2022 (evenals in 2021) geen zeer zwakke scholen in Drenthe. In 2020 waren dat er 2.
  • De verschillen met het landelijk beeld zijn klein (een half procentpunt). In Drenthe heeft 1,1% van de scholen het predicaat ‘onvoldoende’. Landelijk gaat het om 0,6% van de scholen. Landelijk heeft 0,2% van de scholen het oordeel ‘zeer zwak’.

Eind 2022: geen zeer zwakke scholen in Drenthe

In de visualisatie is te zien dat op peildatum 1 september 2022 van 68% van de Drentse basisscholen geen actueel oordeel is. Dat is een gevolg van het Vernieuwd Toezicht waarbij de waarborgfunctie voor kwaliteit van onderwijs steeds meer bij de schoolbesturen komt te liggen. Op de langere termijn zal er alleen voor scholen die zeer zwak of onvoldoende scoren of een voldoende scoren na eerdere jaren van extra toezicht, een eindoordeel te zien zijn.

Het aantal scholen dat geen actueel oordeel heeft, verschilt sterk per gemeente, provincie en landelijk. In Drenthe zijn meer scholen zonder actueel eindoordeel (68%) dan landelijk (61%). Dit zou o.a. verklaard kunnen worden doordat in Drenthe gemiddeld genomen grotere schoolbesturen actief zijn. Het aandeel scholen met een groter schoolbestuur dat wordt bezocht en beoordeeld, is relatief kleiner.

Opvallend is ook dat in Noordenveld geen enkele school een actueel eindoordeel heeft, terwijl in sommige andere gemeenten veel meer scholen door de inspectie zijn bezocht in het kader van het vierjaarlijks onderzoek. Deze verschillen zullen de komende jaren door het vernieuwde toezicht wat minder uiteen gaan lopen.

Het aandeel zwakke scholen (1,1%) in de provincie ligt iets hoger dan landelijk (0,6%). Het gaat in Drenthe om 3 scholen (één in Borger-Odoorn en twee in Assen). Er zijn dit jaar geen scholen als ‘zeer zwak’ aangemerkt, landelijk ligt dit percentage op 0,2%. In 2020 telde Drenthe 5 zwakke en 2 zeer zwakke scholen.

De lijst met zwakke scholen is dynamisch. Voor een actueel overzicht van zeer zwakke scholen verwijzen we naar de website van de Inspectie van het Onderwijs.

Scholen kunnen op verzoek voor een waardering Goed in aanmerking komen. Dat is dus geen oordeel maar een waardering, want oordelen worden uitsluitend gegeven op basis van wettelijke vereisten. Een waardering wordt gegeven door analyse van de eigen ambities van een school en de realisatie daarvan en heeft tot doel om de scholen en besturen te stimuleren tot verdere kwaliteitsverbetering.

Medewerker

Imke Oosting

Onderzoeker

Betrokken medewerkers

Meer weten?

Neem contact op met één van de betrokken medewerkers

Gerelateerd nieuws

Brede Welvaart

Vier op de vijf Groningers en Drenten merkt discriminatie op

Overig nieuws

Oratie Aleid Brouwer | Van gelijke kansen naar gelijke uitkomsten: toekomstscenario’s met Brede Welvaart

Brede Welvaart

Vier op de vijf inwoners van Groningen en Drenthe ervaren een toename van polarisatie

Uit onderzoek van Sociaal Planbureau Groningen en Trendbureau Drenthe blijkt dat vier op de vijf inwoners van Groningen en Drenthe een toename van polarisatie ervaart. In juni 2024 vulden ongeveer 2.500 leden van het Groninger Panel en 2.300 leden van het Drents Panel een vragenlijst in over toenemende tegenstellingen in de samenleving. Volgens

Brede Welvaart

Bewonersperspectief: de ervaren Brede welvaart - Dossierkennis Brede welvaart

Wat is brede welvaart en waarom is het belangrijk? Hoe meten we brede welvaart in een regio? Dit zijn vragen die steeds vaker gesteld worden als we de kwaliteit van leven meten in een regio. Om dit soort vragen te beantwoorden, zijn we een podcastserie gestart: Dossierkennis: Brede welvaart. De komende tijd brengen we elke twee maanden een afleveri

Onderwijs

Stem van Groningse en Drentse jongeren landelijk gehoord!

In het voorjaar van 2024 gingen we in Groningen en Drenthe in gesprek met jongeren over pesten en discriminatie. De uitkomsten deelden we via een feitenblad (PDF) en uitgebreide publicatie (PDF). Daarnaast maakten we een filmpje (YouTube) waarin we de reactie van bestuurders op ons onderzoek lieten zien. Maar daar bleef het niet bij! De stem van ru

Publicaties

Brede Welvaart

Omgaan met verschillen - Groningers en Drenten over diversiteit, inclusie en discriminatie

Brede Welvaart

Omgaan met verschillen - Groningers en Drenten over polarisatie

Zorg

Drenten over de toegankelijkheid van zorg en ondersteuning