Niet alle kinderen krijgen van huis uit de vleugels mee om de wereld in te vliegen

Terug

Niet alle kinderen krijgen van huis uit de vleugels mee om de wereld in te vliegen

Geschreven op 14 juni 2022

“In Drenthe zijn er gemiddeld meer scholen met een hoge schoolweging dan landelijk en dus meer leerlingen die opgroeien in een gezin en (school)omgeving die complexer is.”

Niet alle kinderen krijgen van huis uit de vleugels mee om ze voluit de wereld in te laten vliegen. Met deze zin opende Imke Oosting, onderzoeker bij het Trendbureau Drenthe en verantwoordelijk voor de Drentse Onderwijsmonitor, haar bijdrage tijdens de Drentse Onderwijsdag. Het geeft precies weer waar het in het creëren van gelijke onderwijskansen om gaat. Kinderen komen niet met dezelfde bagage het onderwijs binnen. Hoewel het onderwijs probeert dit zoveel mogelijk te compenseren, zijn er ook invloeden die dit lastig maken. De schoolsluitingen en het hybride onderwijs tijdens de coronaperiode zijn factoren die de gelijkheid van onderwijskansen heeft bemoeilijkt. De Drentse Onderwijsmonitor volgt de leerprestaties en onderwijsposities van de leerlingen in Drenthe al meer dan 15 jaar. Daardoor is het mogelijk om voor en na corona de leerprestaties en schoolloopbanen van leerlingen in beeld te hebben.

Een schets van het basisonderwijs in Drenthe

Bij de aanvang van schooljaar 2021 – 2022 zijn er 254 basisscholen in Drenthe met ieder een schoolweging die aan de hand van hun leerlingenpopulatie en de sociale omgeving van de leerlingen is vastgesteld. Deze schoolweging geeft aan of een school een meer of minder complexe leerlingenpopulatie heeft. Bij een lage schoolweging, met dus een minder complexe leerlingenpopulatie, mogen hogere resultaten worden verwacht dan van scholen met een meer complexe leerlingenpopulatie.

In Drenthe zijn er gemiddeld meer scholen met een hoge schoolweging dan landelijk en dus meer leerlingen die opgroeien in een gezin en (school)omgeving die complexer is. Tussen de 12 Drentse gemeenten bestaan grote verschillen. Vooral in de gemeenten Hoogeveen, Emmen en Coevorden is het percentage scholen met een complexe leerlingenpopulatie boven het landelijk gemiddelde. Zo heeft Emmen 56 basisscholen waarvan driekwart een schoolweging heeft dat boven het landelijk gemiddelde ligt.

Tijdens de coronaperiode is de kansenongelijkheid in Drenthe toegenomen

In de Drentse Onderwijsmonitor staan de toetsresultaten op de vakken technisch en begrijpend lezen, spelling, en rekenen en wiskunde. Het gaat om de middentoetsen van de groepen 4, 6, 7 en 8.

De afgelopen jaren zagen we dalende taal- en rekenprestaties. Die dalende trend zette, als we alle Drentse scholen bij elkaar nemen, niet door in 2021. Zoomen we echter in op groep 8 dan zien we dat de scores wel verder zijn afgenomen. Zowel op scholen met veel, als scholen met weinig kwetsbare leerlingen. Het aandeel Drentse leerlingen dat moeite heeft met taal en rekenen nam toe en het aandeel leerlingen dat vakken als begrijpend lezen en rekenen makkelijk afgaat nam juist af. Of deze dip door corona wordt veroorzaakt moet op langere termijn blijken. Het is lastig een causaal verband aan te tonen, maar het is aannemelijk dat motivatieproblemen en minder begeleiding door ouders en leerkrachten als gevolg van afstandsonderwijs hier een rol spelen.

Kijken we naar de ontwikkeling van de taal- en rekenprestaties van de groepen 4 en 6 dan zien we wel verschillen tussen scholen met veel kwetsbare leerlingen en scholen met weinig kwetsbare leerlingen. De groepen 4 en 6 op scholen met weinig kwetsbare leerlingen halen in 2021 hogere toetsresultaten op taal en rekenen dan de groepen 4 en 6 van 2020. Op scholen met veel kwetsbare leerlingen zijn de groepsprestaties vergeleken met een jaar eerder juist afgenomen. Veel leerlingen die het al moeilijker hadden voor corona, hadden het extra lastig met het afstandsonderwijs. Deze toegenomen kansenongelijkheid blijkt uit ook verschillende onderzoeken (o.a. Universiteit Utrecht).

De overgang van basisschool naar voortgezet onderwijs

Dit onderwerp staat de laatste tijd veel ter discussie. Is ons onderwijssysteem niet aan een herziening toe, zodat deze overgang meer een doorgaande lijn laat zien en voor de leerlingen meer soepel verloopt? Hoe staat het met de schooladviezen en de toetsadviezen? Wanneer spreken we van onderadvisering? Basisscholen kiezen voor een bepaalde eindtoets. In de Drentse Onderwijsmonitor zien we dat het aantal heroverwegingen – die verplicht zijn wanneer de uitslag van de eindtoets een hoger niveau adviseert dan het schooladvies – afhangt van welke eindtoets is gebruikt. Bij de IEP-toets en de Centrale Eindtoets zien we dat er veel heroverwegingen nodig zijn. Bijstellingen van het schooladvies na een heroverweging gebeurt echter minder vaak bij leerlingen die de IEP-toets hebben gemaakt. Het vergelijken van de resultaten bij de verschillende eindtoetsen geeft ook dit jaar weer veel discussie. De resultaten blijken onderling niet altijd goed te vergelijken.

De Gelijke Kansen Agenda

De provincie en de gemeenten hebben samen een Gelijke Kansen Agenda opgesteld. Een 0-meting met gegevens uit de Drentse Onderwijsmonitor vormt de onderbouwing van deze Agenda. De Agenda heeft drie focuspunten waaraan samen met alle betrokkenen gewerkt wordt. Deze focuspunten zijn:

  • Een optimale talentontwikkeling voor alle leerlingen;
  • Het tegengaan van onderadvisering bij de overgang van basisschool naar voortgezet onderwijs;
  • Aandacht voor de op- en afstroom in het voortgezet onderwijs.

Deze focuspunten worden op lokaal niveau verder uitgewerkt en geven goede mogelijkheden om breed in te zetten op het onderwerp kansengelijkheid.

Betrokken medewerkers

Meer weten?

Neem contact op met één van de betrokken medewerkers