S.O.S. voor scholen bij het omgaan met armoede

Terug

S.O.S. voor scholen bij het omgaan met armoede

Geschreven op 31 mei 2023

“Leerlingen uit een gezin met financiële problemen ervaren voortdurende stress, waardoor er minder mentale ruimte is om te leren.”

Annelies Kassenberg, gebruikt dit S.O.S. om aan te geven welke stappen scholen kunnen nemen om armoede in een gezin te signaleren en leerlingen en gezinnen te ondersteunen en te stimuleren. Als lector Jeugd en Leefomgeving aan de Hanze Hogeschool werkte Annelies mee aan de brochure “Omgaan met armoede op scholen: handreiking voor po en vo”. Financiële problemen in een gezin hebben een grote impact op het functioneren van een leerling en kunnen een behoorlijke drempel opwerpen om tot leren en ontwikkelen te komen.

Maar wat is “armoede”?

Armoede is een relatief begrip, waar verschillende omschrijvingen voor bestaan. Volgens het Sociaal Cultureel Planbureau is iemand arm als hij of zij 'gedurende lange tijd niet voldoende middelen heeft om in de basisbehoeften te voldoen die in hun samenleving als noodzakelijk gelden'. In Nederland gaat het daarbij om ruim 200.000 kinderen die onder de lage-inkomensgrens leven, of te wel meer dan 6,5%. Voor meer dan 3% van de kinderen is dit een langdurige situatie. Maar ook in gezinnen die een inkomen hebben boven de lage-inkomensgrens kunnen door allerlei omstandigheden financiële problemen ontstaan met alle gevolgen daarvan voor de kinderen.

Welke gevolgen heeft het opgroeien in armoede?

De impact van het opgroeien in armoede is groot. Het heeft gevolgen voor verschillende levensgebieden, zoals gezondheid. Leerlingen uit een gezin met financiële problemen ervaren voortdurende stress, waardoor er minder mentale ruimte is om te leren. Annelies Kassenberg gebruikt de sprekende metafoor van een koffer. Zit de koffer boordevol zorgen, angsten en schaamte, dan ontbreekt het aan ruimte om nieuwe dingen te leren, initiatieven te nemen of je te concentreren.  Op de langere duur kan dit leiden tot probleemgedrag in de groep, een lager schooladvies of voortijdig schoolverlaten. Deze leerlingen krijgen niet de mogelijkheid om hun capaciteiten volledig te ontwikkelen en missen daardoor kansen op een schoolloopbaan, die past bij hun capaciteiten.

Wat kan de leerkracht de docent of de school doen na het signaleren van een probleem?

Armoede is een maatschappelijk probleem en kan niet door scholen of individuele onderwijsprofessionals worden opgelost. Annelies Kassenberg gebruikt de afkorting S.O.S. om aan te geven welke rol een leerkracht of school heeft:

  • bij het signaleren van de problemen;
  • bij het ondersteunen van een leerling;
  • bij het stimuleren van de leerling en het gezin.

Het begint bij het opbouwen van een relatie met de leerling en de ouders door bijvoorbeeld een startgesprek aan het begin van het schooljaar. Bij het signaleren van een probleem, meestal door opvallend gedrag van de leerling, kan de leerkracht het moeilijke gesprek aangaan met de ouders en de financiële problemen bespreken. Bij een goede relatie met de ouders blijkt meestal dat de ouders zelfs blij zijn dat hun financiële problemen ter sprake komen. Soms zijn er meer gesprekken nodig om ook tot ondersteunende maatregelen te komen.

Het ondersteunen van een gezin

Voor een school moet het uitgangspunt zijn dat alle leerlingen met alle activiteiten mee kunnen doen, ook met activiteiten die buiten het directe schoolprogramma vallen. Dit begint met een bewustwording dat het niet voor alle ouders en dus niet voor alle leerlingen even gemakkelijk is wanneer er voor een activiteit extra geld wordt gevraagd. Scholen kunnen proberen de schoolkosten tot een minimum te beperken. In de meeste gemeenten zijn er regelingen voor sociale-, sport- of culturele activiteiten. De school kan ouders wijzen op deze regelingen en informatie hierover beschikbaar stellen. In individuele gevallen kan de leerkracht of mentor ondersteuning geven bij het aanvragen ervan.

Financiële educatie om armoede bespreekbaar te maken

De laatste S van S.O.S. betreft het stimuleren van alle leerlingen om op een goede manier met geld om te gaan. Financiële educatie, maar ook leefstijleducatie als onderdeel van het curriculum, dragen hier aan bij. Armoede wordt hierdoor bespreekbaar en de leerlingen leren om verantwoord met geld om te gaan en keuzes te maken. Een positief schoolklimaat maakt leerlingen meer weerbaar en geeft zelfvertrouwen. Juist voor leerlingen waarbij sociale uitsluiting dreigt, omdat ze niet altijd mee kunnen doen, is dit belangrijk. Gesprekken met de ouders van deze leerlingen kunnen een extra dimensie krijgen wanneer ook hún zorgen bespreekbaar zijn en zij ondersteuning ervaren vanuit de school.

Betrokken medewerkers

Meer weten?

Neem contact op met één van de betrokken medewerkers