Uitstroom voortgezet (speciaal) onderwijs
Veruit de meeste leerlingen die gediplomeerd het voortgezet onderwijs verlaten gaan verder met een vervolgopleiding. We kijken hier waar de leerlingen al dan niet met een diploma terechtkomen na hun opleiding in het voortgezet onderwijs, maar ook kijken we naar de uitstroom uit het voortgezet speciaal onderwijs.
Uitstroom vmbo, havo, vwo
Na het diploma van het voortgezet onderwijs gaan de meeste leerlingen verder naar een mbo-, hbo- of wo- opleiding. Sommige leerlingen gaan verder in het voortgezet onderwijs. Een deel van de gediplomeerde vo-verlaters is een jaar na de opleiding buiten het (bekostigde) onderwijs terechtgekomen. In dit deel kijken we naar de uitstroom van zowel gediplomeerde als ongediplomeerde vmbo-ers, havisten en vwo-ers. De meest recente cijfers gaan over Drenthe en Nederland. De cijfers van voor 2018 zijn alleen beschikbaar voor Noord-Nederland als totaal en niet Drenthe afzonderlijk.
In het kort
- 91% van de gediplomeerde Drentse vmbo-ers gaat na het behalen van hun diploma naar het middelbaar beroepsonderwijs.
- Ongeveer 1% van de gediplomeerde vmbo-ers en 6% van de ongediplomeerde vmbo-ers uit Drenthe komt buiten het (bekostigde) onderwijs terecht.
- Bijna 15% van de gediplomeerde vmbo gt-ers gaat een havo opleiding doen (landelijk 17%).
- Bijna acht op de tien Drentse havisten met een diploma gaat verder studeren in het hbo (77%). Zo’n 8% gaat door naar het vwo.
- Iets meer dan een op de vijf Drentse havisten die het diploma niet hebben behaald, gaat verder in het mbo (21%). Eenzelfde percentage kiest voor het volwassenenonderwijs.
- Ongeveer 70% van de vwo-ers met een diploma gaat verder studeren in het wo.
Drentse vmbo-leerlingen met diploma gaan vaker verder op mbo-niveau
Vergeleken met landelijke cijfers maken Drentse vmbo-leerlingen met een diploma iets vaker de overstap naar het mbo en kiezen ze iets minder vaak voor een vervolgstudie in het voortgezet onderwijs. 91% van de Drentse leerlingen met een vmbo-diploma gaat naar het middelbaar beroepsonderwijs. Landelijk werd in 2021 minder vaak overgestapt naar het mbo (88%). Zo’n 8% van de leerlingen in Drenthe gaat verder met een vervolgopleiding in het voortgezet onderwijs (landelijk 10%). Ongeveer 1% gaat na het behalen van het diploma niet verder in het bekostigde onderwijs.
Ongeveer 6% van de ongediplomeerde vmbo 4 leerlingen verlaat het (bekostigde) onderwijs (zie tweede tabblad in de visualisatie). Ongeveer 39% van de Drentse leerlingen zonder diploma gaat naar het mbo, landelijk is dit ook het geval. Bij de overstap van 2019-2020 naar 2020-2021 gingen relatief meer leerlingen verder met het mbo dan de jaren daarvoor. Dit zien we zowel provinciaal als landelijk. In 2021-2022 is dit weer iets afgenomen, maar is het nog steeds hoger dan in voorgaande jaren. Toen lag het aandeel vaak rond 30%. Het aandeel dat binnen het voortgezet onderwijs een opleiding blijft volgen is juist afgenomen. In Drenthe kiezen leerlingen zonder diploma er vaker voor om een opleiding binnen het voortgezet onderwijs af te maken dan landelijk (Drenthe 50% en landelijk 44%).
Het derde tabblad van de visualisatie laat per leerweg zien wat de gediplomeerde vmbo-ers doen na hun opleiding. Vrijwel niemand gaat na een basis- of kaderberoepsgerichte leerweg verder in het voortgezet onderwijs. Ruim 1% van de Drentse leerlingen komt buiten het bekostigde onderwijs terecht. De meeste leerlingen gaan verder naar het mbo. Bijna 15% van de gediplomeerde vmbo-ers van de gemengde of theoretische leerweg gaat een havo opleiding doen (landelijk 17%).
Meer dan driekwart van de gediplomeerde havisten gaat door naar het hoger beroepsonderwijs
77% van de Drentse havisten met een diploma gaat naar het hbo voor het vervolg van hun opleiding (landelijk 72%). Landelijk gaat 7% door naar het vwo, in Drenthe was dat bijna 8%. Iets meer dan 3% gaat naar het mbo. Ongeveer 12% komt buiten het onderwijs terecht. Landelijk gezien is dat aandeel groter (16%). Er is op dit moment vrijwel geen verdere informatie over de laatstgenoemde groep. Het kan zijn dat deze jongeren aan het werk gaan of een tussenjaar nemen, bijvoorbeeld om te reizen.
Het tweede tabblad in onderstaande visualisatie laat de uitstroom van de havo 5 leerlingen zien die geen diploma hebben behaald. Het aantal havo 5 leerlingen zonder diploma is in Drenthe laag, de afgeronde aantallen worden daarom zichtbaar als de muis over het figuur bewogen wordt. In de meeste gevallen proberen de leerlingen het diploma toch in het volgende jaar te behalen (47% via de reguliere havo en 21% via volwassenenonderwijs). Dat zien we ook landelijk, maar daar wordt vaker voor de overstap naar het vwo gekozen. In Drenthe komt de overstap naar het vwo minder vaak voor. In Drenthe zijn er in 2021 relatief veel havisten zonder diploma naar het middelbaar beroepsonderwijs overgestapt. Ongeveer één op de vijf leerlingen maakte deze overstap (21%), landelijk is dit 14%. Ongeveer 5% komt buiten het onderwijs terecht (landelijk 8%).
Bijna driekwart van de gediplomeerde vwo-ers gaat naar het wetenschappelijk onderwijs
Zowel in Drenthe als landelijk geldt dat iets meer dan 70% van de vwo-ers die het diploma behaald hebben, een jaar later ingeschreven zijn op een wetenschappelijke opleiding. Iets meer dan een tiende gaat naar het hbo, de rest is buiten het bekostigde onderwijs.
Het aantal vwo 6 leerlingen dat zijn of haar diploma niet haalde is laag. De afgeronde aantallen worden daarom zichtbaar als de muis over het figuur bewogen wordt. De meeste leerlingen die hun vwo-diploma niet hebben gehaald, willen dat in het volgende schooljaar alsnog proberen. Dat doen ze zowel in het regulier onderwijs als op het volwassenonderwijs. Dat gebeurt in Drenthe vaker dan landelijk.
Uitstroom praktijkonderwijs
In 2021-22 gaan 1.100 in Drenthe wonende jongeren naar het praktijkonderwijs. Jaarlijks stroomt ongeveer 20% van hen uit, iets meer dan de helft van hen naar vervolgonderwijs (vo of mbo) en iets minder dan de helft komt buiten het onderwijs terecht.
Cijfers van de drie afgelopen rapportagejaren gaan over Drenthe en Nederland. Cijfers over eerdere jaren gaan over Noord-Nederland en Nederland. Het gaat daarbij om cijfers van doorstroom: de leerling zit in een volgend schooljaar nog op het praktijkonderwijs en uitstroom: de leerling gaat ander onderwijs volgen of verdwijnt uit het bekostigde onderwijs.
In het kort
- Jaarlijks verlaat ongeveer 20% van de leerlingen het praktijkonderwijs. Iets meer dan de helft van hen gaat verder in het onderwijs, iets minder dan de helft van hen komt buiten het onderwijs terecht.
- Jongeren uit Drenthe die van het praktijkonderwijs komen gaan minder vaak verder in het bekostigde onderwijs dan landelijk.
Bijna de helft van de Drentse leerlingen die uitstromen uit het praktijkonderwijs gaat niet verder leren in bekostigd onderwijs
In 2020-2021 waren er in Drenthe 1.100 leerlingen op het praktijkonderwijs. Een jaar later zitten 860 van hen nog steeds op het praktijkonderwijs. De rest (ongeveer 22%) is uitgestroomd naar vervolgonderwijs of is buiten het (bekostigde) onderwijs terecht gekomen. We zien in het tweede tabblad van de visualisatie dat 44% van de leerlingen die in 2020-2021 het praktijkonderwijs verlieten in 2021-2022 buiten het reguliere onderwijs terecht kwam. Landelijk zien we een lager percentage, namelijk 39%. In schooljaar 2020-2021 was de uitstroom uit het bekostigde onderwijs vanuit het praktijkonderwijs in Drenthe vergelijkbaar.
Iets meer dan de helft van de Drentse leerlingen gaat verder in het onderwijs. Meestal is dit het middelbaar beroepsonderwijs (44%).
Uitstroom speciaal onderwijs
Leerlingen in het vso volgen sinds 2013 een van de drie uitstroomprofielen: dagbesteding, vervolgonderwijs of arbeidsmarkt. De meeste leerlingen volgen het profiel voor vervolgonderwijs. In de meeste gevallen gaan de leerlingen met uitstroomprofiel arbeidsmarkt of dagbesteding na het vso niet verder met een vervolgopleiding. De kans op betaald werk is voor hen niet heel erg groot. Dit geldt vooral voor leerlingen met het uitstroomprofiel dagbesteding.
In het kort
- Landelijk volgt 49% van de vso leerlingen de opleiding met het uitstroomprofiel ‘vervolgonderwijs’. Binnen drie van de vier samenwerkingsverbanden die in Drenthe actief zijn is dit aandeel (iets) lager.
- Landelijk heeft iets meer dan een kwart van de vso leerlingen het uitstroomprofiel arbeid. Binnen de samenwerkingsverbanden waar Drentse leerlingen onder vallen is dit aandeel hoger.
- Krap een kwart van de leerlingen stroomt landelijk uit met profiel dagbesteding. In SWV VO2201 is dit aandeel veel lager (11%) en in SWV VO2002 hoger (30%).
- Bijna 4% van de Drentse vso-leerlingen stroomt uit naar het regulier voortgezet onderwijs. In Nederland is dit 7%. De uitstroom in Drenthe naar mbo of volwassenenonderwijs is respectievelijk 35% en 8%. Iets meer dan de helft gaat niet verder in het bekostigd onderwijs.
- Ongeveer drie op de tien leerlingen (29%) die uitstromen met het profiel vervolgonderwijs blijken een jaar later niet verder te zijn gegaan in het (bekostigd) onderwijs.
Meeste vso leerlingen hebben uitstroomprofiel vervolgonderwijs
We zien in de onderstaande visualisatie de uitstroomprofielen van de leerlingen in het voortgezet speciaal onderwijs (vso) per samenwerkingsverband VO (SWV VO) waarin de Drentse vso-scholen actief zijn. We vergelijken het aandeel per uitstroomprofiel met de landelijke cijfers. Er kan gekozen worden voor één van de peildata 1 oktober 2014 tot en met 1 oktober 2022. Op 1 oktober 2022 volgde landelijk 49% van de vso leerlingen het uitstroomprofiel onderwijs. Dit percentage was al een aantal jaren langzaam aan het toenemen en is nu gelijk gebleven ten opzichte van de drie voorgaande jaren.
Volgens De staat van het onderwijs 2022 (Inspectie van het Onderwijs, 2022) is de doorstroom naar het middelbaar beroepsonderwijs vanuit het voortgezet speciaal onderwijs toegenomen. In schooljaar 2017-2018 stroomden er 6.193 leerlingen van het voortgezet speciaal onderwijs door naar het mbo. In 2021-2022 gaat het om 6.469 leerlingen. Uitstroom op een arbeidsmarktgericht profiel leidt niet vaak tot betaald werk. Dat is al jaren het geval. In 2019-2020 had minder dan een kwart van de leerlingen direct na de uitstroom een baan.
We zien in de visualisatie dat er behoorlijke verschillen zijn tussen de samenwerkingsverbanden wat betreft het aandeel leerlingen met het uitstroomprofiel onderwijs. Binnen SWV VO2201 heeft ongeveer de helft van de leerlingen het uitstroomprofiel onderwijs. Dit komt overeen met het landelijk aandeel. Binnen de overige samenwerkingsverbanden die in Drenthe actief zijn, is dit aandeel lager.
Krap een kwart van de vso leerlingen heeft uitstroom profiel ‘arbeid’ (landelijk). We zien in de visualisatie dat het aandeel met uitstroomprofiel arbeid in de samenwerkingsverbanden waar de leerlingen uit Drenthe onder vallen hoger is dan landelijk.
Binnen SWV VO2201 is het aandeel met uitstroomprofiel dagbesteding de afgelopen vier jaren al laag vergeleken met de andere samenwerkingsverbanden en Nederland. In 2022 is dat aandeel nog eens gedaald naar 11% (landelijk is dit 24%). Binnen SWV VO2002 (Groningen) is het aandeel leerlingen dat uitstroomt naar dagbesteding het grootst (30%) en groter dan landelijk.
Krap 30% van de uitstromers met het profiel vervolgonderwijs doet jaar later geen andere studie
In de onderstaande figuur is te zien waar leerlingen die in 2020-2021 het voortgezet speciaal onderwijs verlieten terecht zijn gekomen. Het grootste deel van deze leerlingen bevindt zich in 2021-2022 niet meer in het (bekostigd) onderwijs. In Drenthe gaat dat om 54% van de uitstromers, in Nederland is dat 50%. Iets meer dan een derde van de Drentse leerlingen die het voortgezet speciaal onderwijs verlaten, gaat verder studeren op het mbo. In Nederland ligt dat aandeel wat hoger (37%). Het overige deel van de uitstromers gaat verder in het volwassenonderwijs of regulier voortgezet onderwijs. In Drenthe kiezen deze jongeren iets vaker voor het volwassenonderwijs dan in Nederland. In Nederland is het reguliere voortgezet onderwijs iets populairder.
In de uitklapbalk bovenaan de figuur kan gekozen worden voor de uitstroom binnen de verschillende uitstroomprofielen. Ongeveer drie op de tien leerlingen (29%) die uitstromen met het profiel vervolgonderwijs bevinden zich een jaar later niet meer in het (bekostigd) onderwijs. In vergelijking met Nederland (52%), stromen er in Drenthe (57%) relatief meer leerlingen uit naar het mbo en minder leerlingen naar het reguliere voortgezet onderwijs (Drenthe: 7% en Nederland: 11%).